De weersomstandigheden waren vorig najaar niet meer zo gunstig zodat we het tweede deel van de Argendaalwandeling pas dit voorjaar hebben kunnen afmaken. Uiteraard in een heel verschillend landschap: overal wordt de grond in gereedheid gebracht en beploegd, langs alle kanten kunnen we heel ver kijken terwijl op het einde van de zomer de maïsvelden het gezichtsveld her en der sterk beperkten. Een nadeel is dat de wandelaars voortdurend plaats moeten maken voor de talrijke landbouwmachines die op zo’n stralende lentedag heel druk in de weer zijn.
We kwamen met de wagen vanuit de richting Kortrijk en startten dit keer rechts van de Doornikserijksweg, aan de kruising met de Leuzestraat waar je veilig de wagen kunt achterlaten.
Het zou een korte wandeling worden, zo dachten we, zo’n 4 à 5 km, ideaal om het nieuw wandelseizoen in te zetten. Niets was echter minder waar! Al na een tweetal km stelden we vast dat het tracé serieus gewijzigd was en dat het parcours eigenlijk met een aantal kilometers was uitgebreid. Bij de startplaats werd nog het oorspronkelijk tracé aangegeven zoals uitgestippeld op de kaart van Westtoer (WD/3029/2004/64).
Het waarom van die aanpassing zou pas na de wandeling duidelijk worden via wat zoekwerk op Internet. Een bewoner, over wiens eigendom de wandelweg (erfverplichting?) liep ter hoogte van de Argendaalstraat, heeft in juni 2012 eigenmachtig een hekken geplaats en zo de wandelweg onderbroken. Blijkbaar heeft de provincie ondertussen de wandelroute al gedeeltelijk verlegd in en rond de bebouwde kom van Bellegem, wat verklaart waarom de oorspronkelijke route nu zo’n 3 km langer geworden is. Dit verklaart ook waarom we het kapelletje van de H. Appolonia nergens zijn tegengekomen. Spijtig dat de wijziging van het tracé niet vermeld wordt aan de startplaats. Toch nog even zeggen dat Westtoer de bewegwijzering overal correct aan de nieuwe situatie heeft aangepast. Geen sprake van verdwalen of van verloren stappen zetten!
Tijdens die eerste kilometers was het nogal druk en was het voortdurend oppassen voor het verkeer. Eenmaal aan Kantineweg gekomen – want met het nieuw parcours kom je voortaan aan die straat uit – staken we de Doornikserijksweg over en kwamen zo terecht in het meer landelijke en agrarisch gedeelte van het parcours. Het waren vooral hoeven en verspreide bewoning die we tegenkwamen en ook een hele reeks kapelletjes, meestal aan de ingang van een hofstee.
We hadden ook zicht op de Kattenberg die, samen met de Geitenberg uit onze vorige wandeling, twee getuigenheuvels zijn die deel uit maken van de West-Vlaamse Heuvelsteek en van de verderop gelegen Vlaamse Ardennen. Dit verklaart de aanwezigheid van dikke kleilagen die niet moeten onderdoen voor deze uit de polderstreek. Die twee heuvels vormen ook de grens tussen de bekkens van de Leie en de Schelde: richting Kortrijk stromen de beken naar de Leie, richting Doornik vloeien ze naar de Schelde. Langs de Peryckelstraat kwamen we ook een groot waterreservoir tegen.
We onderbraken de wandeling aan de Beerbosstraat en wandelden zo terug naar de rijksweg. De Beerbosstraat was vorig jaar de startplaats van onze wandeling, dit keer was het de finish. Er was hier wel druk autoverkeer en spijtig genoeg is het laatste deel van de straat geplaveid met kasseistenen, wat het stappen bemoeilijkte en ook zorgde voor heel wat geluidshinder door voorbijrazende voertuigen en landbouwvoertuigen. Maar als compensatie hadden we in de verte een wijds vergezicht op de twee grote heuvels uit de streek: de Kluisberg en de Mont Saint-Aubert.
De kaart van Westtoer vermeldt 10,8 km voor de volledige wandelroute. Met het nieuw tracé door en rond Bellegem, moet je nu toch minstens 14 km rekenen.
De wandeling loont de moeite, zeker in dit seizoen waar de ruwheid en de grilligheid van het landschap nog meer tot hun recht komen. Als je veel belang hecht aan rustig wandelen en aan het agrarisch karakter van het landschap, dan is hiervoor de wandeling van vorig jaar beter geschikt. Op dit tracé zijn ook de meeste typische hoeven van de streek te vinden.