Nog tot 2 juni 2012 loopt in de Provinciale bibliotheek Tolhuis een evocatie van het leven van André De Meulemeester, “De arend van Vlaanderen“. Waarschijnlijk een totaal onbekende voor de meesten onder ons maar toch een veelzijdig en boeiend man: gevechtspiloot tijdens de Eerste Wereldoorlog en nadien industrieel en kunstenaar. De Erfgoeddag 2012, met “Helden” als centraal thema, was de ideale gelegenheid om vooral de militair André De Meulemeester te belichten.

André komt uit een eerder linkse Brugse burgerfamilie, lezen we. Samen met zijn broer Jacques nam hij in 1915 als vrijwilliger dienst in het Belgisch leger. André was amper 21 jaar oud. Na zijn opleiding tot piloot, maakte hij deel uit van het eskader Les chardons (De distels) en behaalde zeven persoonlijke overwinningen op de vijand. De Franse collega’s die moeite hadden om zijn Vlaamse naam uit te spreken, noemden hem André “Mystère“.

Na de oorlog was hij actief binnen de Brugse brouwerij L’Aigle, later “Aigle-Belgica“, die een familiebedrijf was.

De tentoonstelling is bescheiden qua omvang en ruimte maar is aantrekkelijk opgezet en aangenaam om door te lopen. De keuze van de documenten en van het fotomateriaal is goed bedacht en zet de volledige “Mystère” in het licht, ook de kunstenaar die zo’n 1500 tekeningen en schilderwerkjes op zijn naam heeft.

Daarnaast komt de brouwerij Aigle-Belgica in de schijnwerper met authentiek materiaal: glazen, werkkledij, bierviltjes, publiciteit, … uit lang vervlogen dagen want de brouwerij sloot al zijn deuren in 1968.

De organisatoren van de provincie slaagden er in om de piloot van De Meulemeester te kaderen binnen het tijdsgebeuren. Niet alleen fotomateriaal en informatieve panelen, maar ook administratieve documenten, frontkrantjes en recente publicaties over de “luchtoorlog” 1914-18 zorgen hiervoor.

Er is ook een leidraad van de tentoonstelling beschikbaar voor € 3. Het brochuurtje telt 35 bladzijden en is verzorgd uitgegeven met o.a. enkele representatieve stukken uit de correspondentie van André met zijn moeder. We zijn minder gelukkig met de vele digitale referenties naar o.a Wikipedia die toch wijzen op een kleiner gehalte aan wetenschappelijkheid.

Deze tentoonstelling is aan te raden aan elke liefhebber van luchtvaart- of militaire geschiedenis maar ook aan mensen met belangstelling voor plaatselijk industrieel erfgoed.