Het Gezellemuseum in Brugge

Het Gezellemuseum bevindt zich, hoe kan het ook anders, in Brugge, aan de Rolweg 64. In feite is dit het geboortehuis van de dichter. Vader Gezelle was hier hovenier en gebruikte de tuin als planten- en boomkwekerij. Het domein was ook veel groter dan wat er vandaag overblijft van de tuin en de woning.. De familie Gezelle was geen eigenaar van het huis, vader was conciërge van de rijke familie die in de zomer een deel van het huis bewoonde.

Gezelle is er geboren en heeft er het grootste deel van zijn jeugd doorgebracht. Na zijn lagere middelbaar verliet hij Brugge om de hogere leerjaren te volgen in Roeselare. Dat was toen ongeveer het moment waarop vader en het gezin verhuisde naar een andere woning in de omgeving. Continue reading

Liefde en Devotie in het Gruuthusemuseum (2)

Catalogus in redactie van
Jos Koldeweij, Inge Geysen, Eva Tahon
Uitgeverij Ludion 2013
319 blz.

In een vorige bijdrage hadden we het over de eigenlijke tentoonstelling. Die is al een tijdje afgelopen. Ondertussen hebben we de lijvige catalogus doorgenomen.

Even vermelden dat het een heel verzorgde uitgave is die zeker zijn 30 Euro waard is. Ook het fotoateriaal is eerste klas. Een team van specialisten zorgde voor de historische achtergrond en het kader van de tentoonstelling. Het redactieteam van de catalogus slaagde erin om van de zeven bijdragen een coherent geheel te maken.

De catalogus start met het ontstaan en de geschiedenis van het manuscript en hoe het uiteindelijk belandde in de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag. Vervolgens komt de stadsgeschiedenis van Brugge rond 1400 uitgebreid aan bod en vooral de cultureel-maatschappelijke context waarin het manuscript  is ontstaan. Nadien is het de beurt aan de muziek uit dezelfde periode, de liefde in en de artistieke context van het Gruuthusehandschrift. De catalogus eindigt met een uitvoerige bijdrage over vroomheid en devotie in het 15de eeuwse Brugge. Continue reading

Liefde en Devotie in het Gruuthusemuseum

In dit Brugs museum loopt nog tot 23 juni 2013 de tentoonstelling Liefde & Devotie opgezet rond het Gruut­huse­handschrift.

Dit manuscript werd rond 1400 in Brugge samengesteld en Egidius waer bestu bleven is wellicht het bekendste gedicht eruit. De naam Gruuthusehandschrift verwijst naar Lodewijk van Gruuthuse (ca. 1422-1492), een edelman die raadgever van de Bourgondische hertogen was. Hij woonde in het huidig museumgebouw waar hij een omvangrijke bibliotheek bezat. Een binnenraam van de bidkapel van Gruuthuse geeft uit op het koor van de Onze-Lieve-Vrouwekerk zodat de bewoners van in hun woning de kerkelijke diensten konden bijwonen. Continue reading

De “treurenden” van Dijon nog tot 19 augustus 2012 in het Brugs Sint-Janshospitaal – Tranen van liefde

De pleurants voor Jan Zonder Vrees zoals ze nu te zien zijn in Brugge

In de 15de eeuw ontstond aan het Bourgondisch hof de traditie om naast de praalgraven van de hertogen zogenaamde  “pleurants” in beeldhouwwerk te plaatsen. De bekende Haarlemnaar Klaas Sluter begon hiermee rond 1400 bij de graftombe van Filips de Stoute waar we een rouwstoet zien van wenende monniken die hun gelaat diep verbergen in de kappen van hun pij.

Klaas Sluter kreeg navolging. In 1443 begon Jean de la Huerta met de graftombe van Jan Zonder Vrees.  Antoine le Moiturier voltooide het werk rond 1470. De nu nog 37 overblijvende en fijn uitgewerkte figuurtjes in albast[1], zijn 30 cm hoog en stellen rouwende geestelijken, kartuizermonniken en ook hovelingen voor. Bijzonder lieflijk is het beeldje van een misdienaar die, gezien zijn nog prille leeftijd, in een kleiner formaat dan de rest is uitgebeeld. Beide tomben zijn te bewonderen in de Musée des Beaux arts van Dijon.

Omstreeks 1480 zou nog een gelijkaardig grafmonument voor Philippe Pot volgen dat momenteel bewaard wordt in het Musée du Louvre in Parijs.

Continue reading